Verlossing

En roep Mij aan in den dag der benauwdheid Ik zal er u uithelpen, en gij zult Mij eren (P5a1m 50:15).

De Bijbel geeft veel voorbeelden van mensen die in nood verkeerden en door de Heere werden gered.

In het vorige stukje lazen we dat Jona in zijn benauwdheid tot de Heere bad. Hoe bang had Hizkia het toen hij ziek werd. In de Bijbel staat: 'Toen keerde Hizkia zijn aangezicht om naar den wand, en hij bad zeer tot den HEERE' (Jesaja 38:2).

Saulus van Tarsen was 'bevende en verbaasd', en riep uit: 'Heere, wat wilt Gij dat ik doen zal?' (Handelingen 9:6). Daarna werd hij naar Damascus gebracht, terwijl Ananias de boodschap kreeg: 'Sta op, en ga in de straat genaamd de Rechte, en vraag in het huis van Judas naar een, met name Saulus, van Tarsen; want zie, hij bidt (Handelingen 9:11).

De Heere brengt Zijn kinderen op Zijn wijze in de nood en dan wenden ze zich niet van de Heere af, maar roepen ze tot Hem om hulp en uitkomst. Kaïn zei na de moord op zijn broer tegen de Heere: 'Ik zal voor Uw aangezicht verborgen zijn' (Genesis 4:14). Toen koning Saul geen uitkomst meer zag, nam hij 'het zwaard en viel daarin' (2 Samuël 31:4). Judas riep wanhopig uit: 'Ik heb gezondigd, ver­radende het onschuldig bloed' (MaUhéüs 27:4). en ging de weg van Saul. Zo is het met Gods kinderen niet. Zij worden in hun benauwdheid tot de Heere uitge­dreven en zoeken Zijn aangezicht in het gebed. Hij zegt: 'En roep Mij aan in den dag der benauwdheid; Ik zal er u uithelpen.' Die belofte maakt Hij op Zijn tijd en wijze waar. Jona, Hizkfa, Saulus van Tarsen en anderen mochten de waarheid van die woorden ondervinden.

Laat dat voor jou een spoorslag zijn om de Heere te zoeken. Laat je nooit door satan wijsmaken dat er voor jou geen vergeving is. Die helse influisteringen geeft hij in om je tot wanhoop te brengen. Onze tekst en de voorbeelden uit de Bijbel laten zien dat de Heere ware smekelingen wil horen. Zijn Naam is Verlosser!

Deel II van Psalm 50:15, uit Mijn reislied van C. van Rijswijk, morgen deel III, het laatste deel