Ellende

En roep Mij aan in den dag der benauwdheid Ik zal er u uithelpen, en gij zult Mij eren (Psalm 50:15).

Elk mens komt zonder kennis van God op de wereld. Als de Heere het niet ver­hoedt, leeft en sterft de mens zonder Hem, om zijn ogen, op te slaan in de bui­tenste duisternis. Wie de Heere niet kent, leeft in een vreselijke, gevaarlijke en rampzalige staat. Jezus sprak dat zij die Hem niet kennen, 'zullen uitgeworpen worden in de buitenste duisternis; aldaar zal wening zijn en knersing der tanden' (Matthéüs 8: 12).

Jesaja zegt van de goddelozen: "Hun worm zal niet sterven en hun vuur zal niet uitgeblust worden, en zij zullen allen vlees een afgrijzing wezen' (Jesaja 66:24). Toen jaren geleden een kernoorlog dreigde en de mensen het daar druk over hadden, schreef een hoogleraar in de godgeleerdheid in de krant: 'De verdoeme­nis is veel erger dan een kernoorlog.' De meeste mensen hebben daar geen oog voor en denken zelfs niet eens aan de dood!

Wat ben je gelukkig als je onder Gods Woord mag verkeren. Dat Woord vertelt je hoe verschrikkelijk het is als je zonder God leeft en sterft. Miljoenen mensen gaan naar de eeuwigheid, zonder er enig besef van te hebben wat dat inhoudt. Jij behoeft daarover echter niet onwetend te zijn. Dat Woord zegt je onomwon­den waar je naartoe reist, en wat ben je gelukkig als de Heere je met Zijn Woord tegenkomt, zodat je niet rustig meer verder kunt leven. Kijk naar het voorbeeld van Jona, de profeet. Hij vluchtte van de Heere vandaan, zoals elk mens dat van nature doet, maar de Heere kwam hem in een grote storm tegen (Jona 1:12) en toen zei hij: 'Ik riep uit mijn benauwdheid tot den HEERE ( ... ); uit den buik des grafs schreide ik' (Jona 2:2).

De Heere brengt ongehoorzame mensen zó in nood en ellende, dat ze Hem no­dig krijgen en tot Hem gaan roepen. Smeek de Heere of Hij Zijn Woord wil zege­nen, zodat je ziet dat je zonder Hem heel ellendig bent.

Dan zul je uit de nood van je ziel gaan roepen tot Hem Die zegt: 'En roep Mij aan in den dag der benauwdheid; Ik zal er u uithelpen, en gij zult Mij eren.

Deel I van Psalm 50:15, uit Mijn reislied van C. van Rijswijk, morgen deel II